Ontwikkelingen in de reumatologie om in de gaten te houden in 2015

Opgelet: Dit is een verouderd artikel uit ons archief. De inhoud kan inmiddels niet meer van toepassing zijn.

(hier worden enkel die ontwikkelingen besproken die verband houden met reumatoïde artritis [red.])

Doeltreffendheid van nieuwe therapieën 

Het afgelopen jaar is er in de reumatologie belangrijke vooruitgang geboekt waarvan waarschijnlijk vele ontwikkelingen aan belang zullen winnen in 2015.

Veelbelovende therapeutische gegevens aangaande reumatoïde artritis 

Jarenlang waren reumatologen bij reumatoïde artritis (RA) gewoon aan het proberen de ziekte onder controle te krijgen.
Een toenemend aantal studies informeerde ons over de veiligheid, effectiviteit, en de potentiële klinische rol van tofacitinib (Xeljanz ®). We kregen eveneens een beter begrip over hoe en wanneer corticosteroïden zo doeltreffend mogelijk te gebruiken zijn bij RA.

Vroege diagnose, lange-termijn beleid, en richtlijnen i.v.m. de behandeling

Omdat we ons nu realiseren dat vroegtijdig behandelen van talrijke reumatische aandoeningen leidt tot betere resultaten op lange termijn, hopen we dat ons gezondheidssysteem deze zorg zal vergemakkelijken.

Van de American College of Rheumatology worden verschillende nieuwe behandelingen begin 2015 verwacht.

Biosimilars and Biomarkers

Biosimilars komen ook in het verschiet bij de reumatologie, en sommigen onder hen zullen mogelijk tegen eind 2015 een dagelijkse realiteit worden in klinische zorg. De hoop is groot dat zij veiligheid zullen bieden en goedkopere behandeling voor patiënten met reumatische ziekten. Nochtans blijven er nog talrijke vragen aangaande hun doeltreffendheid en veiligheid, en de mogelijkheid van de regelgevende agentschappen op adequate controle.

Biomarkers en biomerker profielen hebben in de afgelopen jaren veel aandacht gekregen aangaande RA, met inbegrip van de multibiomarker bloedtest en een nieuwer gemarkeerd eiwit 14-3-3. Het 14-3-3 eiwit kan in het bijzonder de mogelijkheid tot diagnose verhogen bij patiënten met vroege inflammatoire artritis.

Microben bij reumatische ziekten

Studies over de rol van microben bij een aantal reumatische aandoeningen, met inbegrip van RA, SLE en SpA werden uitgebreid. In 2014 toonden verschillende studies aan – werk van meerdere jaren – 
dat bacteriën op verschillende slijmvliesplaatsen, met inbegrip van de mondholte en de darm, een rol  kunnen spelen bij RA.
Nochtans valt er nog veel te bestuderen over het hoe microben reumatische ziekten kunnen beïnvloeden. Hopelijk  zullen we in 2015 nieuwe informatie verkrijgen aangaande de rol van microben bij deze ziekten - misschien brengt het ons dichter naar het punt waar wijzigingen van microben een belangrijk onderdeel van de behandeling zal zijn, of zelfs preventie van reumatische aandoeningen.

In het kort, 2014 bracht uitgebreide belangrijke vooruitgang in onze plannen aangaande de pathosfysiologie en management van reumatische aandoeningen. Deze ontdekkingen zouden in 2015 kunnen leiden tot  spannende veranderingen wat de verbetering van de patiëntenzorg betreft  - indien er geen doorbraken komen, dan komen er zeker regelmatig geleidelijke verbeteringen. 

Bron: http://www.medscape.com/viewarticle/837860

Geplaatst: 2015-01-17