Het is nacht en ik kan de slaap niet vatten. Ik heb geen zin om een herhaling op canvas te volgen, een filmpje te kijken of een boek ter hand te nemen.
Ik ben ongerust over hoe het nu verder moet…. ik pieker.
Ik ben meer dan 15 jaar op sukkel.
Ik dacht dat mijn leven helemaal uitgestippeld was, ondanks mijn chronische aandoening.
Dan komt er de diagnose die gewag maakt van een nieuwe aandoening ....... ik pieker.
Het googelen van het nieuwe syndroom maakt mij ongerust, want blijkbaar moet ik de gevolgen ernstig nemen ......en ik pieker.
Ik heb mijn aandoening indertijd een plaats kunnen geven en ik heb steentje na steentje gebouwd om mijn leven, weliswaar met beperkingen, terug de vorm te geven die ik wilde.
Ik heb steentjes gekregen van diegenen die mij lief zijn en heb die ook gebruikt.
Ik heb uit het verleden geleerd dat je heel wat tegenslagen kan tegenkomen, maar je mag je niet laten verslaan. Ik vertel dit ook aan andere patiënten en krijg dan wel eens het compliment dat ik kan inspireren en motiveren.
Waarom zit ik dan vannacht …te piekeren?
Stilaan besef ik wat er aan de hand is. Iedereen heeft een breekpunt. Ik schuur vannacht tegen mijn breekpunt aan.
Ik wil niet breken. Ik moet verder ….piekeren.
En dan komen de tranen.
Ik ween omdat ik weet dat ik weer alle moed zal nodig hebben om mijn leven terug te normaliseren met die “nieuwe” aandoening.
Ik moet de waarde van een langzaamaan leven opnieuw leren kennen.
Ik moet leren dat mijn verstandelijke behendigheid groter is dan mijn aandoening.
Ik moet leren dat de kracht van mijn hart groter is dan die van mijn gewrichten.
Ik ben niet meer wie ik ooit was, ik kan niet meer wat ik ooit kon.
Maar straks, als ik de nacht opgeborgen heb, schijnt voor mij nog steeds de warme levenszon.
Nelly Creten