Weer een van die typisch Belgische dagen! Te koud voor de tijd van het jaar en troosteloos door regenbuien. Zittend in mijn zetel met een bakje troost dwalen mijn gedachten af naar vroeger…
Bij het zien van mijn vier kleinkindjes komt de herinnering van ons leven met onze eigen kinderen weer boven. Toen die zelf nog heel jong waren. Veel van die herinneringen heb ik bewust ver weggestopt omdat het voor ons gezin toen een heel nare en beangstigende periode was. De tijd die overheerst werd door de grillen van het “RA-beest”. De tijd dat, na vier zwangerschappen op rij, mijn reumatoïde artritis in alle hevigheid de kop op stak. De tijd toen ik mijn pasgeboren baby’s niet zelf kon oppakken uit hun wiegje. Opstaan en de kindjes verzorgen, dat leek toen elke dag weer een onoverwinnelijke opdracht. Doen alsof er niets aan de hand was om de kinderen toch zoveel mogelijk kans te geven kind te zijn.
Het heeft mij pijn gedaan. Vooral op mentaal vlak. Lichamelijke pijn is te verhelpen of te verdoezelen met één of ander middeltje. Maar die andere pijn is intenser. Die zit dieper en is moeilijker om dragen. Onze kinderen hebben hun moeke veel moeten missen. Ik was er vaak niet voor hen zowel lichamelijk als geestelijk.
Maar daarom zijn het misschien allemaal zo’n prachtige kinderen geworden. Zij hebben levenservaring opgedaan. Zij hebben miserie en pijn van dichtbij meegemaakt. Zij hebben gezien wat reumatoïde artritis echt met zich mee brengt. Niet alleen voor de patiënt zelf maar voor iedereen in zijn of haar omgeving. En dat zijn zeker niet allemaal mooie ervaringen. Maar ze hebben ook gezien, dat ondanks alles, het leven toch de moeite waard is om voor te vechten. Ik ben ervan overtuigd dat het hen sterker gemaakt heeft naar de buitenwereld toe. Misschien heet RA toch nog nut in deze wereld maar dan als levensles.